Vooruitblik op de toekomst: in gesprek met Arthur van Dijk
Ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum van het Huis van de Nederlandse Provincies (HNP) blikken we niet alleen terug op een rijke geschiedenis, maar kijken we vooral vooruit. Welke kansen en uitdagingen liggen er in de komende 25 jaar?
Om deze bijzondere interviewreeks af te trappen, spreken we met Arthur van Dijk, voorzitter van het HNP en tevens Commissaris van de Koning in de provincie Noord-Holland.
Wat ziet u als de kernkracht van het HNP? Kunt u een concreet voorbeeld geven van hoe deze kracht zich in de praktijk heeft bewezen?
Provincies worden bij de uitvoering van hun beleid sterk beïnvloed door Europese wet- en regelgeving. Denk bijvoorbeeld aan het Europese landbouw- en natuurbeleid dat grote impact heeft in Nederland: provincies staan voor beide thema’s in Nederland aan de lat.
Het is dus belangrijk dat provincies de ontwikkelingen in Brussel nauwlettend volgen en richting Europese instellingen aangeven waar mogelijke belemmeringen en kansen liggen in de uitvoering van Europees beleid.
Door in Brussel gezamenlijk op te trekken, werken we als provincies efficiënter samen en is de impact groter. Met meer mensen hoor je meer, weet je meer, kun je het werk verdelen en kun je je boodschap op meerdere plekken uitdragen.
Hoe we als provincies samenwerken in Brussel, met een gezamenlijk kantoor; het Huis van de Nederlandse Provincies (HNP) en werkgroepen op de belangrijkste thema’s, is uniek. We zijn daarmee een interessante partner voor EU instellingen en andere regio’s die op zoek zijn naar samenwerkingen. Een samenwerking met het HNP betekent namelijk een samenwerking met 12 provincies.
Een goed voorbeeld van deze samenwerking zijn de partnerschappen die het HNP in de loop der jaren is aangegaan met partners die ondertussen in het HNP zijn gevestigd zoals de Noordelijke G4, de Twentse steden Almelo, Hengelo, Enschede, het Platform Talent voor Technologie, de Universities of Applied Sciences NL, het European Chemical Regions Network.
Welke rol speelt het HNP in de steeds veranderende Europese context? Hoe kan het zich de komende 25 jaar verder ontwikkelen?
In de voortdurend veranderende context van Europa speelt het HNP een cruciale rol die flexibiliteit, alertheid en doorzettingsvermogen vereist. De toenemende invloed van EU-prioriteiten op decentrale overheden betekent dat het HNP proactief moet inspelen op ontwikkelingen in Brussel.
Het is essentieel om de uitvoerbaarheid van plannen voor zowel overheden als stakeholders, waaronder kennisinstellingen en ondernemers, continu onder de aandacht te brengen.
Voor de nieuwe Europese Commissie is concurrentiekracht het belangrijkste thema, terwijl dat tot voor kort nog de Europese Green Deal was. Provincies onderschrijven de klimaatdoelen van het Rijk en de EU, maar hebben ook steeds gewezen op de uitvoerbaarheid ervan en de aanzienlijke regeldruk die deze doelen met zich meebrengen voor diverse sectoren, zoals overheden, ondernemers en boeren.
Na het rapport Draghi erkent de EU nu ook dat de Europese positie door te veel regeldruk en de wereldwijde concurrentie onder druk staat. Je kunt beredeneren: mede door een succesvolle lobby van het HNP, maar in feite zijn we ingehaald door de realiteit van de geopolitiek. Het vraagt doorzettingsvermogen om je daar niet door te laten ontmoedigen, want de EU heeft onze input echt nodig.
Zo is het met deze wisselende prioriteiten op dit moment onzeker of de klimaatdoelen overeind blijven. Dit zijn doelen waaraan wij veel waarde hechten, zowel voor de economische welvaart in onze regio, zoals de energieonafhankelijkheid, als voor de leefomgeving door het beperken van de gevolgen van klimaatverandering. Het is van groot belang dat we de EU dus bij de les houden.
Om effectief te blijven, moet het HNP zich voortdurend aanpassen aan veranderende omstandigheden, de samenwerking intensiveren en snel afstemmen op zowel regionaal als Europees niveau.
Dit vraagt om een strategische aanpak die enerzijds inspeelt op actuele veranderingen, maar anderzijds standvastig blijft inzetten op lange termijn doelstellingen, die cruciaal zijn voor onze regio. Zelfs wanneer de koers op Europees niveau wijzigt.
Waar liggen de kansen rondom de positionering van het HNP in Brussel? En binnen Nederland?
In Nederland zou ik vooral kansen zien om vaker als gezamenlijke overheden; rijk, waterschappen, gemeenten en provincies, op te trekken in EU lobbydossiers. Op het gebied van cohesiebeleid hebben we nu een gezamenlijk visiedocument geschreven met het ministerie EZ, IPO/HNP en VNG. Dit visiedocument krijgt daardoor meer aandacht en de impact wordt daarmee groter.
Vanuit uw gecombineerde rollen van HNP-voorzitter en voorzitter van de Nederlandse delegatie in het Comité van de Regio’s (CvdR): Hoe ziet u de Nederlandse positionering van gemeenten en provincies binnen het CvdR?
Door de verantwoordelijkheden die gemeenten en provincies in lidstaat Nederland hebben én de praktische ingestelde Nederlandse aard is een opvallende hoeveelheid aan adviezen opgesteld door Nederlandse gemeentelijke en provinciale leden in het CvdR. Het HNP is in de voorbereiding van die adviezen een uitstekend voorportaal. De Nederlandse positionering wordt telkens weer versterkt door nieuwe rapporteurschappen (rapporteur = opsteller van het CvdR advies).
Hoe ziet u de samenwerking tussen provincies en andere bestuurslagen evolueren? Wat is een ideale verhouding tussen provincies, gemeenten, waterschappen, het Rijk en het Europese Unie-niveau?
Het valt op dat de Europese Commissie open staat voor input vanuit medeoverheden. Ze staat open voor gesprekken over specifiek beleid en heeft geregeld consultaties. Wat voor ons vaak lastig is, is als de EU met regelgeving komt die door het Rijk moet worden ingevoerd. Vaak lijken de EU ambities aan te sluiten op de ambities van decentrale overheden, maar is het vaak na vertaling naar nationale wetgeving minder uitvoerbaar geworden.
In de verhouding tussen de verschillende overheden zouden we graag zien dat de vertaling van EU-regelgeving naar nationaal niveau meer in samenspraak met medeoverheden gebeurt.
Wat moet er gebeuren om de impact en zichtbaarheid van Nederlandse medeoverheden, en provincies in het bijzonder, in Brussel te vergroten?
Alle overheden kunnen in Brussel nog meer samenwerken om de boodschap steviger uit te dragen. We zijn vaak in gesprek met medeoverheden en nemen elkaars boodschap regelmatig over, maar we kunnen dat nog meer formaliseren om ook gezamenlijk reacties te geven op plannen van de EU. Hiermee heb je meer impact dan allemaal apart.
Zijn er nog zaken of onderwerpen die u wilt benoemen naar aanleiding van het 25-jarig bestaan van het HNP?
Het HNP bruist na 25 jaar als nooit tevoren. Zeker gelet op de gewijzigde koers van Europa zie ik meer en meer het belang van het HNP als de Europese oren en ogen van de provincies. Het HNP is en blijft een ontmoetingsplek voor de achterban, de partners en de Europese contacten. De neiging naar centralisering is de laatste tijd groot in de EU en daarom moeten wij alle zeilen bijzetten om de rol van de regio’s / provincies te borgen.
Door:
Leah Corsmit, Huis van de Nederlandse Provincies.