Europese Commissie: twijfel of Nederland klimaatdoelstellingen op tijd haalt

 In Agrofood, Circulaire Economie, Digitalisering, Duurzame & Gezonde Leefomgeving, Klimaat & Energie, Mobiliteit, Regionale Economie

De Europese Commissie heeft twijfels of Nederland zijn klimaatdoelstellingen tijdig haalt en beveelt Nederland aan de verstoringen op de woningmarkt terug te dringen. Dit zijn enkele conclusies die de Commissie trekt in het kader van het voorjaarspakket van het Europees Semester 2022.

Voorjaarspakket Europees Semester

Op 23 mei 2022 heeft de Europese Commissie het voorjaarspakket van het Europees Semester 2022 gepresenteerd. Met deze economische voorjaarsprognose doet de Commissie voor alle 27 lidstaten verslag over het economisch beleid en enkele landspecifieke aanbevelingen. De Commissie prijst in haar landverslag voor Nederland de economie en de verregaande digitalisering, maar waarschuwt voor de problemen rondom het energiebeleid, de woningmarkt, de stikstofcrisis en de arbeidsmarkt in haar aanbevelingen. Welke conclusies zijn relevant voor de decentrale overheden?

Klimaat en energie

Nederland is een van de vijf slechtst presterende EU-landen wat betreft het aandeel hernieuwbare energie in het bruto-eindverbruik van energie. Samen waren Russisch olie en gas goed voor bijna 80% van het energieverbruik in Nederland in 2020, wat erg hoog is in vergelijking met het EU-gemiddelde van 60%. Dit werpt twijfel op of Nederland in staat is zijn klimaatdoelen voor 2030 te halen. Met het huidige beleid schat de Commissie dat de uitstoot in Nederland in 2030 ten opzichte van 1990 met 38% tot 48% zal zijn verlaagd, terwijl de Nederlandse regering streeft naar 55%.

Er moet meer gebeuren om de “Fit for 55”-doelstellingen te halen en de Russische afhankelijkheid te verminderen. Zo biedt de Noordzee meer mogelijkheden voor windenergie, aldus de Commissie. Ook zijn er extra investeringen nodig in de energie-netwerkinfrastuctuur, vooral rondom de regionale capaciteit van het elektriciteitsnetwerk. Capaciteitsproblemen zijn vooral zichtbaar in de provincies Flevoland en Drenthe en de regio Noord-Limburg. Dit leidt tot vertraging bij het uitvoeren van groene energieprojecten. Het versnellen van de energietransitie leidt echter tot aanzienlijke kosten. Daarom moet Nederland het mechanisme voor een rechtvaardige transitie en het Europees Sociaal Fonds Plus benutten, om zo de gevolgen van de transitie voor de zwaarst getroffen regio’s te verzachten.

Een andere mogelijkheid tot het versnellen van de energietransitie bestaat uit het vereenvoudigen van administratieve procedures. Zo ziet de Commissie dat er vooral op lokaal niveau problemen blijven bestaan met het goedkeuren van projecten rondom hernieuwbare energie. Verder kan de energie-efficiëntie in Nederland worden verbeterd. Zo is er aanzienlijk potentieel voor verbeteringen bij de renovatie van gebouwen (waaronder overheidsgebouwen) en de plaatsing van warmtepompen.

Milieu en landbouw

De Nederlandse stikstofafzetting is vier keer hoger dan het Europees gemiddelde. De Nederlandse ammoniakemissies zijn de hoogste in de EU. Dit belemmert de biodiversiteitsdoelstellingen en beïnvloedt de waterkwaliteit: meer dan driekwart van de beschermde habitats heeft een slechte staat van instandhouding en 78% van de oppervlaktewaterlichamen in Nederland worden getroffen door stikstofdepositie. Dit is volgens de Commissie reden tot ernstige bezorgdheid.

Nederland heeft de hoogste veedichtheid in de EU. De landbouw is verantwoordelijk voor 45% van de stikstofuitstoot in Nederland. Om onder de drempel van de nitraatrichtlijn te blijven, heeft Nederland de stikstofafzetting geprobeerd terug te dringen door geen vergunningen meer te verstrekken. Dit heeft echter landbouw- en bouwactiviteiten negatief beïnvloed en geleid tot onzekerheid in deze sectoren. De Commissie geeft daarom aan dat er een verschuiving naar duurzame landbouw nodig is, waarbij landbouw en natuur naast elkaar kunnen bestaan. Verder moet Nederland meer werk maken van de doelstellingen uit de Kaderrichtlijn Water en Natura 2000 en wetgeving inzake luchtkwaliteit.

Nederlandse regio’s die specifiek voor een grote uitdaging staan, zijn Delfzijl/Eemshaven, het Noordzeekanaalgebied, Rotterdam, West-Noord-Brabant, Zeeuws-Vlaanderen en Zuid-Limburg, aldus de Commissie. Zij kennen emissie-intensieve industrieën en moeten zo meer doen om hun industrieën te verduurzamen, alternatieve en duurzame economische activiteiten te ontwikkelen en om- en bijscholing van werknemers te stimuleren. De klimaattransitie heeft daarmee uiteenlopende gevolgen op regionale economieën. Het is extra belangrijk om gebruik te maken van de Europese financieringsmogelijkheden om deze asymmetrische klappen op te vangen.

Infrastructuur

Nederland krijgt gemixte feedback van de Commissie rondom de vervoersinfrastructuur. Zo ziet de Commissie dat de spoor- en wegeninfrastructuur overbelast is. Het Nederlandse spoorwegennet wordt het meest intensief gebruikt in heel Europa. Aan de andere kant complimenteert de Commissie Nederland om zijn duurzame mobiliteitsinfrastructuur en de ambities om knelpunten in de infrastructuur weg te nemen. Dit kan positieve spillover effecten hebben op vervoersknooppunten zoals Schiphol en de haven van Rotterdam, alsook op de afhankelijkheid van Russische olie en gas.

Regionale economie

De regionale economische verschillen in Nederland zijn zeer gering in vergelijking met de rest van Europa. Wel ziet de Commissie reden tot bezorgdheid: het tekort aan arbeidskrachten neemt sterk toe. Sommige regio’s kampen met een uiterst krappe arbeidsmarkt, waaronder de provincie Zeeland, Groot-Amsterdam en bepaalde gebieden in de provincie Noord-Brabant. De Commissie pleit daarom voor adequatere sociale bescherming voor zzp’ers, het aanpakken van schijnzelfstandigheid en het verminderen van het gebruik van flexibele en tijdelijke contracten. Door om- en bijscholing en een inclusievere arbeidsmarkt, worden meer mensen gestimuleerd voltijd te werken.

Een ander probleem voor de Nederlandse en regionale economie, zijn de grote verstoringen op de woningmarkt. De betaalbaarheid en beschikbaarheid van huisvesting in Nederland is aanzienlijk verslechterd. In de provincie Noord-Holland was de waarde van een appartement van 100m2 in 2021 maar liefst 45% boven de waarde in 2014. Beperkte arbeidskrachten en materialen en uitdagingen rondom de bestuurlijke capaciteit op gemeentelijk niveau, staan planningsprocessen voor nieuwbouw in de weg. Door de regelgeving te versoepelen en de planningscapaciteit te verbeteren, zou het woningaanbod aanzienlijk kunnen worden verhoogd, zo vervolgt het advies van de Commissie.

Digitale transitie, innovatie en industrie

Nederland heeft de coronapandemie relatief goed doorstaan, onder meer door de digitalisering van de Nederlandse economie. Als een van de best presenterende EU-lidstaten doet Nederland het zeer goed op het invoeren van digitale technologieën en het aanbieden van onlinediensten, zoals overheidsdiensten. Echter, ook hier zijn de arbeidstekorten sterk zichtbaar. De ICT-sector komt maar met moeite aan personeel en het aantal afgestudeerden binnen deze sector ligt relatief laag. Ook op het gebied van innovatie blijft Nederland niet achter: we zijn een van de sterkst presterende landen op het Europees innovatiescorebord. Met regionale innovatieleiders zoals Noord-Holland, Utrecht en Noord-Brabant zijn de innovatieprestaties over het algemeen erg hoog in Nederland.

Verder zien we dat de Nederlandse industrie erg goed presteert rondom hulpbronnenproductiviteit, ofwel hoe efficiënt de economie materiële hulpbronnen gebruikt om welvaart te genereren. Daarbij zien we dat Nederland de eerste plaats inneemt voor circulair secundair materiaalgebruik. “Nederland circulair in 2050” is een van de meest verregaande circulaire programma’s van de EU. Efficiënt gebruik van hulpbronnen is van cruciaal belang om het concurrentievermogen en de strategische autonomie te waarborgen en tegelijkertijd milieueffecten tot een minimum te beperken.

Vervolg en cohesiebeleid

De landspecifieke aanbevelingen zoals hierboven gepresenteerd zijn niet bindend. Echter, een voorwaarde bij de programmering van de fondsen voor het cohesiebeleid voor de periode 2021-2027, is de inachtneming van de aanbevelingen. Deze aanbevelingen zijn namelijk een voorwaarde voor de optimale toegevoegde waarde van de financiële steun uit de fondsen van het cohesiebeleid. Het succes van cohesiebeleid hangt samen met het wegwerken van de knelpunten voor investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie, zoals is benoemd in het landverslag van Nederland voor 2022. De Commissie raadt Nederland aan om de onderhandelingen over de programmeringsdocumenten voor het cohesiebeleid voor de periode 2021-2027 snel af te ronden om te starten met de uitvoering van het cohesiebeleid.

Door:

Femke Boersma, Huis van de Nederlandse Provincies

Bron:

Voorjaarspakket Europees Semester: Groen en duurzaam herstel instandhouden in het licht van de toegenomen onzekerheid – Europese Commissie

Meer informatie:

Landverslag 2022 – Nederland bij Aanbeveling van de Raad over het economisch beleid van Nederland en met een advies van de Raad over het stabiliteitsprogramma 2022 van Nederland – Europese Commissie  

Aanbeveling van de Raad over het economisch beleid van Nederland en met een advies van de Raad over het stabiliteitsprogramma 2022 van Nederland  – Europese Commissie


Recent Posts