Nederlandse regio’s zeer competitief
De provincies Utrecht, Zuid-Holland, Noord-Brabant en Gelderland en de Metropoolregio Amsterdam staan allen in de top tien van de meest concurrerende regio’s van Europa. Ze scoren onder meer goed op het gebied van onderwijs, innovatie en infrastructuur.
Regional Competitiveness Index
Vijf Nederlandse regio’s staan in de top tien van de meest concurrerende regio’s van Europa. Uit de jaarlijkse Regional Competitiveness Index (RCI) blijkt dat de provincie Utrecht, gevolgd door de Franse regio Île-de-France en de provincie Zuid-Holland, zich de meest competitieve regio’s van Europa mogen noemen. De RCI, een instrument van de Europese Commissie, beoordeelde alle EU-regio’s op verschillende pijlers van concurrentievermogen, zoals macro-economische stabiliteit, infrastructuur, onderwijs en innovatie. De provincie Noord-Brabant scoort met plek vier, de Metropoolregio Amsterdam (MRA) staat op plek vijf en de provincie Gelderland bekleedt de achtste plaats. De rest van de top tien bestaan uit Zweedse, Deense en Belgische regio’s.
De provincie Utrecht scoort het hoogste op opleidingsniveau en innovatie en marktomvang. Zo is een vijfde van alle banen in de provincie in de gezondheidssector en zijn er meer dan tweeduizend bedrijven en honderd startups in deze sector actief. Volgens de provincie onderstreept de nummer één plek in de RCI dan ook de inspanningen van de provincie om bedrijven, kennisinstellingen en overheden bij elkaar te brengen voor een gezond vestigingsklimaat en een brede welvaart voor de inwoners. Zo zei Hans Oosters, commissaris van de Koning: “Als provincie Utrecht zijn we hier natuurlijk enorm trots op. De regio Utrecht is een heel aantrekkelijk gebied; studenten blijven hier niet voor niets graag wonen en werken. Dat prettige leefklimaat is mede te danken aan de goede samenwerking tussen de overheden én de partners in de regio.”
De provincie Zuid-Holland is ook trots op de behaalde tweede plaats en ziet de uitslag van de RCI ook als een duidelijke aanmoediging om samen met de partners in de regio verder te werken aan de brede welvaart in de hele provincie. Zo worden de mooie resultaten uit de RCI helaas nog niet door alle inwoners gevoeld, aldus de provincie. De grote transities van deze tijd op het gebied van onder andere energie, circulariteit en digitalisering zijn de belangrijkste opgaven voor de toekomst. De RCI toont de potentie van de provincie, waarbij het nu zaak is om samen door te werken en deze te verzilveren.
Concurrentie in een breder perspectief
De mooie prestaties van de vijf Nederlandse regio’s staan niet op zichzelf, maar schetsen een belangrijker beeld over Nederlandse regio’s ten opzichte van Europese regio’s. Binnen de meeste EU-lidstaten, zijn de competitieve regio’s doorgaans ook de regio’s van de hoofdstad. In Nederland, Duitsland en Italië zien we een ander beeld. Sociaaleconomisch krachtige regio’s zijn ook los van de hoofdstad te vinden. Volgens het rapport komt dit omdat deze landen – in tegenstelling tot andere Europese landen – inzetten op een brede welvaart. Zo geeft de Commissie aan dat landen met een sterk concurrentievermogen, zoals Nederland, kleinere verschillen kennen tussen regio’s, wat kan verklaren dat niet alleen de regio van de hoofdstad goed presteert.
“De prestaties van een land zijn afhankelijk van alle regio’s: geen enkel team wint als de helft van de spelers nog in de kleedkamer zit. We moeten dus in alle regio’s investeren en het beleid aanpassen aan hun verschillende behoeften en middelen, zodat we ze allemaal helpen hun potentieel te benutten en meerdere aanjagers van concurrentievermogen en groei en drijvende krachten achter goedbetaalde banen te stimuleren”, zo sprak Elisa Ferreira, Eurocommissaris voor Cohesie en Hervormingen, tijdens de lancering van de RCI.
Regio’s op achterstand
Op dezelfde dag van de publicatie van de RCI, kwam het gezamenlijk advies “Elke regio telt! Een nieuwe aanpak van verschillen tussen regio’s!” uit, van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli), de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) en de Raad Volksgezondheid & Samenleving (RVS). Hierin stellen de drie adviesraden dat, alhoewel de regionale verschillen in brede welvaart in Nederland in vergelijking met andere landen minder groot zijn, ze ook hier bestaan en enkel verder toenemen. Ze signaleren een verlies van voorzieningen en perspectief in landelijke regio’s, waarbij burgers zich steeds vaker niet gehoord voelen. Dit is een reden tot zorg, omdat voor de grote opgaven in de toekomst – zoals de stikstofproblematiek, de energietransitie en de woning- tekorten – alle Nederlandse regio’s nodig zijn voor de aanpak. De drie adviesorganen spreken van een stapeling van achterstanden in bepaalde regio’s – vooral aan de randen van ons land.
De drie adviesraden melden dat de investeringen van de EU in de Nederlandse regio’s, in het kader van de fondsen uit het cohesiebeleid, aanzienlijk hoger zijn dan die van de Rijksoverheid zelf, in het kader van de Regio Deals. Het Europese cohesiebeleid gaat aan de hand van een duidelijke visie vanuit de Commissie in op de veranderingen tussen de regio’s in Europa. Dit moet voorkomen dat burgers afhaken en de gevolgen van transities voor de directe omgeving worden overzien. De cohesiegelden gaan in Nederland naar projecten rondom economie, innovatie, onderwijs, arbeidsmarkt, mobiliteit en infrastructuur. “Provincies spelen een belangrijke rol in het aantrekken van Europese bijdragen aan regionale projecten en programma’s,” aldus het advies.
Blik op de toekomst
“Overheidsbeleid en investeringen zouden opwaartse convergentie moeten bevorderen, wat minder concurrerende regio’s helpt om hun prestaties te verbeteren en in te halen, terwijl ervoor wordt gezorgd dat de meest concurrerende regio blijft bloeien,” aldus de Commissie in de conclusie van haar rapport over de RCI. In deze quote schept de Commissie direct twee belangrijke voorwaarden voor succes: transitie- en krimpregio’s moeten aan de hand van structurele investeringen omhoog worden getrokken, terwijl dit niet ten koste mag gaan van de successen van groeiregio’s. De regionale economieën moeten allen toekomstbestendig(er) worden en de transitie maken naar een duurzame, inclusieve en digitale economie, met behoudt van de concurrentiepositie. Verder valt er nog veel te winnen door de sociale, economische en ruimtelijke relaties en de samenwerking tussen de Nederlandse regio’s te verbeteren.
Het blijven investeren in de meest concurrerende regio’s is minstens zo belangrijk: de Commissie presenteerde onlangs een mededeling met negen aanjagers voor de versterking van het Europese concurrentievermogen op de lange termijn. De Commissie signaleert dat de EU al langere tijd achterloopt op het gebied van innovatie en de laatste technologische ontwikkelingen. Gepaard met geopolitieke spanningen in de wereld, is het volgens de Commissie tijd voor de EU om te werken aan een Europees model voor inclusieve economische groei, op basis van duurzaam concurrentievermogen, economische zekerheid, handel, open strategische autonomie en eerlijke concurrentie. We kunnen het ons dus niet veroorloven als EU om de investeringen in de bloei van onze best presterende regio’s te laten verslappen, aangezien dit ons kwetsbaar en afhankelijk maakt van andere wereldmachten.
Voor zowel de EU, als de Nederlandse rijksoverheid en de Nederlandse decentrale overheden ligt er daarmee een duidelijke opgave voor de toekomst: structureel investeren in de brede welvaart van regio’s die op achterstand staan en tegelijkertijd het bevorderen van excellentie in de groeiregio’s.
Door:
Femke Boersma, Huis van de Nederlandse Provincies
Bron:
Hoe concurrerend is uw regio? Commissie publiceert indicator voor het regionale concurrentievermogen – Europese Commissie
Meer informatie:
Regio Utrecht is Europa’s meest competitieve regio – Provincie Utrecht
Opening speech by Commissioner Elisa Ferreira at the launch event of the Regional Competitiveness Index 2.0 – Europese Commissie
Advies ‘Elke regio telt! Een nieuwe aanpak van verschillen tussen regio’s’ – Raad voor het Openbaar Bestuur
Negen pijlers om het concurrentievermogen van de EU te versterken – Huis van de Nederlandse Provincies